Bahman Ghobadi is de cinematografische stem van het Koerdische volk. Zijn nieuwe roadmovie Half Moon is minder zwaarmoedig dan eerder werk.

Zijn sombere maar poëtische films Een tijd voor dronken paarden en Turtles Can Fly maakten de Koerdische regisseur/scenarist Bahman Ghobadi een festival- en filmhuisfavoriet.

Zijn nieuwe film Half Moon, over een legendarische Koerdische zanger die met een bus vol zoons van Iran naar Irak reist voor een muziekfestival, werd gemaakt in het kader van een Mozartfestival , maar is toch een typisch Ghobadi-product.

De filmmaker zag aanvankelijk weinig in het Mozart-uitgangspunt, vertelt hij: 'Ik werd vorig jaar op het filmfestival van Toronto gevraagd mee te doen aan het project. De film zou elementen moeten bevatten uit het leven en werk van Mozart. In eerste instantie sloeg ik het aanbod af, mede omdat ik al diverse scenario's in ontwikkeling had . Maar eenmaal thuis in Iran bleef het idee me bezighouden, dus ben ik toch akkoord gegaan. Vanwege die andere projecten had ik erg weinig tijd, dus heb ik al het voorwerk in een week gedaan: 's morgens ging ik de straat op om acteurs te zoeken, 's middags zocht ik naar geschikte locaties en 's avonds schreef ik het scenario.'

In hoeverre liet u zich door het Mozartthema leiden? Het ligt er op het eerste gezicht niet dik bovenop.
'Toch heb ik het vrij serieus genomen. Je zou kunnen zeggen dat vijftig procent van de film direct of indirect over Mozart gaat en de andere vijftig procent bestaat uit persoonlijkere elementen. Je vindt veel van mijn vaste thema's terug, maar ik heb geprobeerd in het karakter van de hoofdpersoon en in wat hij meemaakt zo veel mogelijk aspecten uit het leven van Mozart te vangen - dingen die me opvielen toen ik ter voorbereiding naar zijn muziek luisterde en over hem las: levensvreugde, magie, krankzinnigheid, tuberculose, de constante schaduw van de dood. Ik wist niet zeker of het wel herkenbaar genoeg was, maar de opdrachtgevers waren erg tevreden.'

Een groot verschil met uw eerdere films is dat er geen kinderen centraal staan.
'Het onderwerp vroeg om volwassenen. De hoofdpersoon moest een soort Mozart zijn. Ook in de volgende drie films die in de planning staan, zullen volwassenen centraal staan. Daarna wil ik een film over mijn eigen leven maken, waarin ik door een kind zal worden gespeeld.'

Is het werken met kinderen en volwassenen erg verschillend?
'In wezen niet, maar het is wel veel leuker om met kinderen te werken. Wanneer ik een film met kinderen maak, voelt het alsof ik een paar maanden hun vader mag zijn. Bovendien zijn ze vaak makkelijker in de omgang en betrouwbaarder. Bij de volwassen acteurs is het elke morgen weer spannend of ze allemaal zullen komen opdagen. Twee tot drie maanden opnemen vinden ze meestal veel te lang. En aan contracten wil ik niet beginnen; daarvoor moet je naar de rechtbank en het kost veel papierwerk. En uiteindelijk heb je nog geen garantie dat ze wel komen opdagen.'

Zou u dan niet liever met professionele acteurs werken?
'Jawel, maar die zijn in Koerdistan niet te vinden. Af en toe werk ik wel met professionals; de twee vrouwen in deze film zijn geschoolde actrices, maar dat zijn dan ook geen Koerden. En die professionaliteit probeer ik dan toch altijd weer wat te temperen, want amateurs spelen meestal veel natuurlijker. Bovendien is het werken met amateurs erg verfrissend; het zijn gewone mensen met wie je een paar maanden intensief optrekt en van wie je veel kunt leren.'

Veel volwassenen in de film gedragen zich trouwens wel als kinderen. De film begint vrolijk, maar wordt gaandeweg somberder. Zoals in veel roadmovies lijkt de reis van de hoofdpersonen symbool te staan voor de levensreis.
'Dat klopt. Het opgewekte begin weerspiegelt de levensvreugde in de muziek van Mozart. Maar daarin dreigt ook altijd onheil, en de reis wordt ten slotte een lijdensweg zoals in het echte leven. Die lijdensweg toont trouwens ook iets van de frustraties en tegenwerking die ik ervaar bij het maken van films in mijn maatschappij. Maar ik wilde het publiek niet met al te veel ellende opzadelen en heb daarom ook wat luchtigheid toegevoegd.'

Daarvan is in het sombere slot weinig overgebleven.
'De dood is een belangrijk thema in al mijn films, net als bij Mozart. Als je je ogen sluit en naar zijn muziek luistert, voel je dat de dood op de achtergrond constant aanwezig is. Zo ervaar ik het ook in mijn eigen leven. Ik denk veel na over de dood en ben er eerlijk gezegd erg bang voor . Ik geniet van het leven en wil elk jaar een nieuwe film maken, maar voor je alle geheimen van de cinema hebt kunnen doorgronden, word je oud en ga je dood. Ik heb in mijn leven al vijf of zes oorlogen meegemaakt en heb veel pijn en ellende gezien. Ik heb diverse familieleden verloren en moest op mijn zestiende de rol van mijn vader overnemen in mijn gezin. Die gebeurtenissen hebben mijn leven een bittere smaak gegeven, die je proeft in mijn films. Terwijl ik hier veilig met jou zit te praten, ligt de dood in mijn thuisland doorlopend op de loer. Op dit moment vrees ik voor een aanval van de VS of Israël op Iran. Elke avond bel ik met mijn moeder en andere familieleden om te vragen hoe het gaat, en te waarschuwen dat ze eten moeten inslaan voor het geval er oorlog uitbreekt .'

Toch lijken uw films te suggereren dat de dood soms zo erg nog niet is.
'Ja, dat is een duidelijke boodschap in Turtles Can Fly en ook wel in deze film. Soms dient de vraag zich aan: is het beter onder deze omstandigheden te leven of is de dood een acceptabel alternatief? Ik ben niet uitgesproken religieus, maar geloof wel in een hogere macht en een soort hiernamaals, en ik geloof dat de dood een bevrijding kan zijn , een verlichting van ondragelijke pijn en ellende.'

Uw films hebben een onvermijdelijke politieke lading, maar in hoeverre wilt u die expliciet uitdragen?
'Dat is altijd weer een moeilijke overweging. Als ik een mijnenveld of een kind zonder armen opvoer in een film, is dat uitgesproken politiek. Bijna alles in mijn maatschappij is politiek beladen. En ik wil mijn films zeker gebruiken om aandacht te vestigen op deze onderwerpen. Anderzijds ben ik ook gewoon een verhalenverteller. In Half Moon worden soldaten opgevoerd die de grens tussen Iran en Irak bewaken, en vrouwen die het wordt verboden voor mannen te zingen. Dat roept allerlei politieke vragen op, maar het is ook gewoon onderdeel van het verhaal.'

Kunt u zich voorstellen dat u ooit een film buiten Koerdistan zou maken?
'Jawel, en dat zou ik ook wel eens willen, maar momenteel wordt er niet meer dan één film per 1 à 2 jaar opgenomen in Koerdistan, en ik voel het als een verantwoordelijkheid om de camera ter hand te nemen en te tonen wat hier gebeurt. Daarbij kan ik steeds jonge mensen aannemen als assistent om hun het vak te leren. Maar als er over tien jaar meer Bahman Ghobadi's rondlopen in Koerdistan, zou ik graag eens wat verder om me heen kijken.'