Vergeet het minimalisme van het laatste decennium. Het IFFR-programma Maximum Overdrive viert de terugkeer van de uitbundige jaren negentig, nu verpakt in een 21ste-eeuws jasje.

O, die heerlijk zorgeloze nineties. Iedereen die toen opgroeide en actief cultuur opsnoof – oftewel: hele dagen voor MTV hing – zal last krijgen van nostalgische oprispingen bij het IFFR-programma Maximum Overdrive.

Voor oningewijden één herinnering om de sfeer te schetsen. In 1996 verscheen de Smashing Pumpkins-single ‘1979’. Mijn vrienden en ik, opstandige nieuwbouwkids, waren bijna allemaal in dat titeljaar geboren, en de bijbehorende videoclip sloeg bij ons in als een bom. Je zag een groepje tieners rondhangen, dingen slopen, een feestje bezoeken, en intussen hoorde je tekstflarden over verveling, een landschap van beton en de eindigheid van alles. ‘And we don’t even care…’

Zo was het: wij waren niet idealistisch, zoals onze ouders in de sixties, of boos, zoals broers en zussen die de jaren tachtig bewust hadden beleefd, wij waren heerlijk onverschillig. En waarom ook niet, er was toch niks om naar te streven. ‘Nederland is af,’ verkondigden politici op tv, en op school hoorden we over filosofen die ‘het einde van de geschiedenis’ signaleerden. Beter dan dit zou het allemaal niet worden. ‘Oh well, whatever, nevermind,’ zongen we mee met een andere beroemde filosoof uit die tijd, en we dansten op ironische liedjes van Beck en de Beastie Boys, bekeken heftige films als Kids, Pulp Fiction en Trainspotting, en lieten ons hypnotiseren door de eindeloze potpourri van clips en trippy reclamefilmpjes op MTV.

Crisis

Enfin, dat gevoel dus, dat proef je terug in Maximum Overdrive. Veel van de producties in het programma zijn direct geïnspireerd door de popcultuur en uitbundige stijl van de jaren negentig, al zijn ze dan verpakt in een 21ste-eeuws jasje. Programmeur Inge de Leeuw legt uit: ‘Het programma sluit aan bij de maximalistische trend die je nu overal ziet, van interieur en design tot mode en muziek. Ik denk dat je die trend kunt beschouwen als een reactie op het minimalisme van de jaren nul, dat misschien extra lang aanhield door de economische crisis. Een typisch voorbeeld van dat minimalisme is de slow-cinema, met z’n zware thema’s, lange stiltes en ingetogen kleuren. Het werk in dit programma is echt het tegenovergestelde daarvan. Niet toevallig zijn bijna alle makers opgegroeid in de jaren negentig, toen MTV populair was en het internet opkwam. Je zag toen al dat de scheidslijnen tussen disciplines vervaagden, en dat is nu helemaal het geval. In Maximum Overdrive loopt alles door elkaar: cinema, homevideo, reclame, internet, performance – soms allemaal binnen één productie.’

Nu gaat dit vooral over stijl, maar hoe zit het met de inhoud? Vind je de ironie en het hedonisme van de ninetiescultuur ook terug in het nieuwe werk? ‘Zeker,’ aldus De Leeuw, ‘maar misschien is het in grote lijnen iets minder nihilistisch. Het werk is vaak bizar en speels, maar het gaat wel ergens over. Zo is er een performance van de Japanse groep Miss Revolutionary Idol Berserker; dat is in de eerste plaats een overweldigend spektakel, met zang, dans en video, maar het is ook een kritische blik op de obsessieve Japanse fancultuur. Of neem The Eyeslicer, een tiendelige serie waarin korte films van talloze onafhankelijke makers achter elkaar worden geplakt. Wij vertonen die als één lange marathon, dat is echt een duizelingwekkende overload. Maar het is daarmee ook een reflectie op de chaotische YouTube- en reclamecultuur.’

Geflipte inhoud

The Eyeslicer is een mooi voorbeeld van ninetiescultuur in een moderne uitvoering. Een van de initiatiefnemers Dan Schoenbrun, een Amerikaanse dertiger, omschrijft het project zelf als het legendarische MTV-programma 120 Minutes (in Europa uitgezonden tussen 1990 en 1995) ‘maar dan voor alternatieve cinema in plaats van alternatieve muziek’. Er komt van alles voorbij: serieus drama, raar YouTube-spul, animatie, clips, videokunst. Alles kan en mag, zolang het kwalitatief maar in orde is. De meeste makers zijn onbekend, maar Hollywoodregisseur David Lowery (A Ghost Story) is bijvoorbeeld ook betrokken. Hoewel The Eyeslicer steeds meer wordt opgepikt, is groot succes nadrukkelijk niet de bedoeling. Wie de serie online wil bekijken moet persoonlijk worden uitgenodigd, zo hopen de makers een community van liefhebbers op te bouwen.

De experimentele, energieke geest van MTV waart ook rond in films als Snowy Bing Bongs Across the North Star Combat Zone (VS) en Swedish Candy, Some Violence and a Bit of Cat (Zweden), waarvan de titels een aardige indicatie geven van de geflipte inhoud. Noemenswaardig is ook de Canadese speelfilm The Goose, waarin een doofstomme jongen per faxapparaat door Amerika reist. Denk aan de komedie Napoleon Dynamite, maar dan gemaakt door een hyperactieve LSD-gebruiker.

Over drugs gesproken, dat is nog een verbindende factor in Maximum Overdrive: het kan haast niet anders of de meeste makers hebben ervaring met geestverruimende middelen. Ook dat, meen ik me te herinneren, is heel erg nineties.