Zuid-Korea 1993. Muziek van Im Kwon-Taek. Met o.a. Kim Myung-Kon, Kim Kyu-Chul en Oh Jung-Hae.

VPRO Cinema

In Korea kent men de Pansori. Om te begrijpen wat dit is, komt waarschijnlijk de rondtrekkende troubadour er het dichtste bij. In gezongen vorm wordt een verhaal verteld door een rondtrekkende minstreel. Deze film gaat over het verhaal van zo`n Pansori - Dongho (Kyu-Chul) - en in die vorm. Het wordt in flashbacks verteld. De film begint als Dongho dertig is; hij vertelt het verhaal over zijn moeder Yu-Bung (Myung-Kon) van wie hij de kunst leerde en zijn geadopteerde zusje Song-Hwa (Jung- Hae), die geleidelijk blind wordt. De film was een gigantisch succes in eigen land (in een korte tijd kwamen meer dan een miljoen mensen kijken, het grootste kassucces aller tijden in Korea) en is voor de Westerse kijker een niet altijd even eenvoudige kennismaking met de ori[KA3]entaalse cinema - er is bijvoorbeeld een sc[KA2]ene van negen (!) minuten, waarin het drietal aan de kim opdoemt en langzaam op de kijker afkomt. De beelden van Jung Il-Sung zijn magistraal en de muziek van Kim Soo-Chul is uniek, zeker voor kijkers uit Europa en Noord- en Zuid-Amerika.

credits

Regie:
Im Kwon-Taek
Cast:
Kim Myung-Kon, Kim Kyu-Chul, Oh Jung-Hae
Productie:
Lee Tae-Won
Muziek:
Kim Soo-Chul
Jaar:
1993
Alt. titels:
Sopyonje, Seo - Pyun - Jae
Genres:
Muziek
Trefwoorden:
Road-movie, Popmuziek
Landen:
Zuid-Korea