In 'Amerikanah' loodst Chimamanda Ngozi Adichie de lezer met vlijmscherpe observaties door een vermakelijke jungle van (voor)oordelen. ‘Je leest nooit over ras op de manier waarop mensen er op straat over praten.’

We waren vast van plan om niet gelijk over haar haar te beginnen. Maar het kapsel van Chimamanda Ngozi Adichie is zo spectaculair dat ze ons weinig keus laat. Ze draagt een gevlochten kroontje dat we nog nooit eerder hebben gezien. In haar roman Amerikanah speelt de relatie van vrouwen met hun haar een belangrijke rol. Dat klinkt triviaal, maar dit is een van die zeldzame romans die je kijk op de wereld daadwerkelijk veranderen. Wie wil begrijpen hoe het voelt om zwart te zijn, moet Amerikanah lezen.


Chimamanda Ngozi Adichie is een fenomeen. In Afrika is ze een superster. Beyoncé gebruikte een tekst van haar in het nummer ‘***Flawless’. The New York Times riep Amerikanah uit tot een van de beste romans van 2013.

Nu is ze eindelijk in Nederland. Net ingevlogen uit Nigeria, waar ze de helft van het jaar woont. De andere helft brengt ze door in Amerika, waar ze studeerde. Princeton, Yale, Harvard, het staat allemaal op haar cv. Plus de toevoeging summa cum laude. Adichie is slim, succesvol en erg mooi, maar ze is ook Nigeriaanse. Dus had ze gedonder bij de douane op Schiphol.

‘Als ik in Europa reis, voel ik me altijd ongemakkelijk. Ik heb zo veel vervelende ervaringen. Zodra ik mijn paspoort afgeef, gebeurt er al iets met me. Dan weet ik niet hoe ik moet kijken. Ik ben bevoorrecht, heb veel gereisd en heb veel stempels in mijn paspoort, en nog steeds overkomt dit me. Hoe moet dat zijn voor zomaar een Nigeriaan die geld heeft gespaard om naar Europa te gaan? Nooit krijg je het voordeel van de twijfel. Ze denken altijd dat je liegt.’ Ze doet het dialoogje met de Schiphol-douanier: ‘“Wanneer vertrek je weer? Waar naartoe? Naar Lagos? Kan ik je ticket zien?” Ik was in een slechte bui dus ik zei: vraagt u dat aan iedereen? Want de persoon voor me had een Amerikaans paspoort en was blank. Die werd niks gevraagd.

Als je uit Afrika komt en je vraagt een visum aan, wordt dat bijna standaard geweigerd. Voor mij was dat reden om op een gegegeven moment te zeggen: ik ga niet meer naar Europa.’

Gevoeligheden

Haar verontwaardiging is groot, maar ze lacht er wel hard bij. Zo doen Nigerianen dat, weten we dankzij Amerikanah. Die lachen hun frustraties en ellende weg. ‘Wij lachen te veel,’ zegt iemand in de roman. ‘Misschien moeten we minder lachen en meer onze problemen oplossen.’

Adichie is er zelf ook mee behept: ‘Nigerianen lachen om de meest verschrikkelijke dingen. Het zit in het water. Ik lach soms om dingen waarvan ik denk: hier moet je eigenlijk niet om lachen, hier moet je boos om worden. Als we overal om blijven lachen, komen we nergens. Maar ik blijf toch lachen.’

Haar roman is een veelkleurig palet van raciale gevoeligheden die zo gênant of subtiel zijn dat ze meestal onbenoemd blijven: Afro-Amerikanen die zich in tribale gewaden hullen om hun Afrikaanse wortels te etaleren, dunne, blonde vrouwen die elke zwarte vrouw mooi en sterk noemen, rijkeluiszoontjes die hun familie willen shockeren met een zwarte vriendin, zwarte mannen met een statusverhogende blanke echtgenote, Amerikaanse Nigerianen die klagen dat je in Lagos geen magere soja latte kunt krijgen.

Adichie loodst ons door deze vermakelijke jungle van (voor)oordelen met haar vlijmscherpe observatievermogen. Haar hoofdpersoon, de heerlijk stekelige Ifemelu, ontmoeten we in de kappersstoel waar ze haar haar laat vlechten voordat ze na een lang verblijf in Amerika terugkeert naar Nigeria. Verrassend veel raciale kwesties blijken te kunnen worden geduid aan de hand van haar. Ontluisterend is de scène waarin Ifemelu de gevolgen ondervindt van de chemische behandeling die nodig is om haar haar te ontkroezen: een ontstoken hoofdhuid vol etterende zweren. Voor wie het nog niet wist: ook rolmodellen als Michelle Obama en Oprah laten hun haar ontkroezen. Fotomodel Naomi Campbell heeft helemaal geen haar meer en draagt pruiken.

Cinéma verité

Dus ja, we beginnen er toch over. Haar kapsel. Het blijkt een traditionele Nigeriaanse haardracht, populair in de jaren zeventig. Ze heeft lang gezocht naar iemand die de techniek nog beheerste. Het resultaat is prachtig, maar wordt in Nigeria beschouwd als provocatie of als politiek statement.

‘Ik wilde met mijn roman een discussie op gang brengen over onze relatie met haar, omdat het een heel gevoelig onderwerp is. Zwarte vrouwen willen niet erkennen dat hun liefde voor lang, steil haar voortkomt uit onze koloniale geschiedenis. Ze zeggen dat ze het gewoon mooi vinden. Maar waarom vinden ze het mooi? Waarom hanteren wij sinds het kolonialisme een andere definitie van schoonheid? Dat wil ik onderzoeken.

Ik heb een vriendin die vorig jaar afstudeerde aan Harvard en een baan kreeg in New York. Ze had dreadlocks en ze vertelde dat ze zo’n zin had om aan die baan te beginnen maar dat ze daarvoor natuurlijk nog wel even haar vlechten ging afknippen. Want er was haar verteld dat de klanten met wie ze te maken zou krijgen zich ongemakkelijk zouden voelen bij iemand met dreadlocks. En weet je wat me zo verdrietig maakte? Dat ze het zo vanzelfsprekend vond dat zij zich moest aanpassen.

Het is niet zo dat mensen slecht of gemeen zijn. Vaak is het onwetendheid. Degene die mijn vriendin vertelde dat ze haar dreadlocks moest afknippen, associeert die misschien met bendes of wiet roken. Die weet niet dat ze liever geen chemicaliën in haar haar smeert.’ Alle ervaringen die ze gebruikte in haar boek zijn uit het leven gegrepen.

‘Je leest nooit over ras op de manier waarop mensen er op straat over praten. Ik wilde het op de cinéma verité-manier doen, zoals het echte leven is. Natuurlijk wil ik de lezer vermaken, maar ik wil ook een betere wereld.’