In haar nieuwe boek ‘Magma’ schrijft forensisch rechercheur Carina van Leeuwen over een fictieve cold case. Ze is blij met de toenemende aandacht voor onopgeloste zaken: “Dat vind ik een vorm van beschaving.” Maar wanneer het sensatiezucht wordt, haakt ze af.

‘Ik krijg soms wel tien berichten per week van mensen die willen helpen bij het oplossen van cold cases,’ vertelt forensisch rechercheur Carina van Leeuwen. ‘Zeker als ik zelf in de media verschijn, explodeert dat.’ De cold case heeft aantrekkingskracht, zoveel is duidelijk. Op tv kon je dit jaar al kijken naar Crimedocs, er verschenen podcasts als De moord op de Indiaan en De zwarte dag van Hans, en begin september organiseerde misdaadjournalist Mick van Wely een landelijke dag voor nabestaanden van onopgeloste zaken.

Burgers denken maar al te graag mee om zo’n zaak alsnog op te lossen. ‘De afgelopen vijf jaar is die aandacht enorm toegenomen,’ vertelt Van Leeuwen. Bijvoorbeeld doordat de politie een coldcasekalender heeft gemaakt, doordat er steeds meer forensische mogelijkheden zijn, nabestaanden of achterblijvers meer op de voorgrond treden en de politiek het hoger op de agenda heeft staan.’

‘Het is weleens tenenkrommend hoe cold cases in de media komen’

Carina van Leeuwen

Van Leeuwen is sinds 2006 forensisch coördinator van het coldcaseteam in Amsterdam, waar ze probeert om de daders van onopgeloste zaken op te sporen en onbekende doden hun identiteit terug te geven. De rechercheur is blij met die groeiende aandacht. Sterker nog, ze draagt er zelf een steentje aan bij. In haar nieuwe thriller Magma schrijft ze over een fictieve cold case die ze heeft samengesteld uit haar eigen ervaringen van de afgelopen jaren.

Sensatiezucht

Maar wanneer de drang om te helpen omslaat in sensatiezucht, haakt Carina van Leeuwen af. ‘Soms is het tenenkrommend hoe cold cases in de media komen. Zo is er een dame die zich in beeld zit op te maken terwijl ze de meest gruwelijke zaken zit te vertellen. Ik weet even niet meer hoe ze heet, haar naam heb ik uit mijn geheugen verbannen. Maar dan snap je er dus niets van. Ook ben ik een keer benaderd door een commerciële zender die cold cases aan bn’ers wilde voorleggen. Aan de hand van hun tips mochten wij dan de zaak oplossen. Wat denken ze wel niet, dat ik een loi-cursus heb gevolgd?!’

Van Leeuwen maakt de werkelijkheid in haar boeken juist minder heftig, vertelt ze. ‘Ik kan echt niet begrijpen waarom iemand geniet van het beschrijven van gruwelijkheden. Dat komt doordat ik weet hoe die gruwelijkheid er in werkelijkheid uitziet.’

De intentie waarmee iets is gemaakt, is voor Carina van Leeuwen het belangrijkst. ‘Een podcast die een cold case belicht om met hulp van het publiek tot een oplossing te komen, daar werk ik graag aan mee. Maar als het gaat om entertainment of ego, wil ik er niets mee te maken hebben. Mensen realiseren zich niet dat er nog altijd nabestaanden of achterblijvers zijn die verdriet om iemand hebben, en die zitten er niet op te wachten dat een make-uppende dame die pijnlijke gebeurtenissen oprakelt voor haar eigen plezier.’

Of het wel eens iets oplevert, die berichten in de media? ‘Tja,’ zegt Van Leeuwen, ‘laat ik het zo zeggen: het is niet overweldigend. ‘We geven wel eens dossiers aan studenten en er zijn netwerken van burgers die zich samen over een zaak buigen. Maar het lastige is: wij kunnen nooit alle details prijsgeven. Iemand kan met een briljant idee komen, maar vaak hebben wij dat dan al lang onderzocht en uitgesloten. Alleen kunnen we dat niet vertellen. Als je echt een doorbraak wilt krijgen in een cold case, zijn het toch vaak de sporen en nieuwe onderzoeksmethoden die de doorslag geven.’ Waarom Van Leeuwen dan toch zo blij is met die groeiende aandacht voor cold cases? ‘Het zorgt ervoor dat de zaken niet uit beeld verdwijnen. Dat de politiek en de politie scherp blijven.’ Maar ze krijgt niet direct een overweldigende hoeveelheid extra middelen om haar werk te doen, laat de rechercheur doorschemeren. ‘Laat ik het zo zeggen: de etalage is goed gevuld, nu de winkel nog.’ In haar boek bestaat het rechercheteam uit vier personen. Dat komt dicht bij de werkelijkheid.

Buitensporig

In haar nieuwe thriller Magma laat Carina van Leeuwen haar hoofdpersoon, journalist Lynn Riley, een pijnlijk punt blootleggen. Riley – een kundig journalist die zich niet laat meeslepen door hypes – schrijft in een artikel dat de vermissing van de dochter van een minister in 2006 buitensporig veel aandacht kreeg in de media. Het meisje was na een paar uur weer terecht. Op diezelfde avond verdween een verslaafde prostituee van achttien. Dat meisje werd nooit meer teruggevonden, maar geen haan die daarnaar kraaide. De politie deed nooit onderzoek, de kranten schreven er niet over. ‘Zo gaat het in werkelijkheid soms ook, helaas. Als de familie mondig is, op de politieke agenda staat of de interesse wekt van de media, kan dat zeker helpen. Soms is dat buitensporig. Iedereen weet nog steeds hoe Madeleine McCann eruitziet. Terwijl er heel veel zaken op de plank liggen te wachten die net zo belangrijk zijn, maar waar minder tijd en middelen voor worden ingezet.’

‘Daders zijn soms ook opgelucht dat ze hun verhaal kunnen vertellen’

Carina van Leeuwen

Toen ze aan dit boek begon, wist Van Leeuwen direct dat ze de vermissing van een verslaafde prostituee centraal wilde stellen. ‘Dat zijn de zaken die in werkelijkheid ook minder aandacht krijgen. Niet dat het de politie niet interesseert, maar het zijn complexe zaken die zich in moeilijk toegankelijke werelden afspelen. Daarnaast denkt de burgerij toch: dit zijn de rafelranden van de maatschappij. Dat wordt minder belangrijk gevonden.’

Zelf weet Carina van Leeuwen heel goed waarom ze haar ziel en zaligheid geeft voor het oplossen van een cold case. ‘Voor de nabestaanden. Een berichtje over een moordzaak verdwijnt snel uit de krant, de pijn van de nabestaanden blijft bestaan. Ieder slachtoffer heeft recht op een naam, op genoegdoening, ook als het misdrijf al langer geleden gepleegd is. Bovendien geef je een signaal aan daders: je komt niet zomaar weg met moord. Het oplossen van een cold case vind ik een vorm van beschaving.’

Van Leeuwen zet zich ook in voor het identificeren van onbekende doden. Drie jaar geleden schreef ze hierover het non-fictieboek Onbekend maar niet vergeten. ‘Een vermissing is voor de achterblijvers helemaal verwoestend. Niet weten wat er met iemand is gebeurd en waar iemand is… dat maakt mensen kapot. En het kan families verscheuren wanneer familieleden elkaar wantrouwen of beschuldigen. Je komt niet aan de rouwverwerking toe zolang je niet weet wat er met iemand gebeurd is.’

Bovendien, stelt Van Leeuwen, is het ook voor daders goed om een zaak af te kunnen sluiten. ‘Het klinkt misschien raar voor een rechercheur, maar ik leef me ook in degene in die het misdrijf heeft gepleegd. Als je iemand om het leven brengt, draag je dat een leven lang met je mee. Daders zijn soms ook opgelucht dat ze hun verhaal kunnen vertellen. Ik geloof dat niemand op zijn verlanglijstje heeft staan dat ‘ie een moord wil plegen, maar soms loopt het leven anders dan gehoopt. Sommige mensen beginnen hun leven al met een drie-nul achterstand. We kunnen allemaal aan de verkeerde kant van de streep terechtkomen.’

Carina van Leeuwen
Magma
A.W. Bruna Uitgevers

meer boekentips