Met 'Buzz Aldrin, waar ben je gebleven?' vestigde de Noor Johan Harstad zijn status als cultauteur in Nederland. Zijn nieuwe roman – 'Max, Mischa & het Tet-offensief' – telt meer dan 1200 pagina’s.

Niets menselijks is de beroepslezer vreemd, dus wanneer er een roman van ruim 1200 pagina’s verschijnt, is de verleiding groot zo’n turf aan de kant te schuiven en iets handzamers te kiezen. Maar toen diende zich een stevige voorjaarsverkoudheid aan. Vastgeplakt aan de houtkachel, met thee en tissues binnen handbereik, lazen we in drie dagen Max, Mischa & het Tet-offensief uit, een boek waaraan de Noorse schrijver Johan Harstad bijna tien jaar werkte.

Hoe vat je een roman van deze omvang samen? Wordt er een moord gepleegd? Nee. Is het een generaties omspannend familie-epos? Ook niet. Moet er dan tenminste een raadsel worden opgelost? Mwah, niet echt. De kortste samenvatting is: boy meets girl, al ontmoet Max zijn Mischa pas op pagina 355. Daarvoor heeft hij al onthuld dat ze bij hem weg is. Dus voordat de lezer Mischa überhaupt ontmoet, wordt die geacht zich af te vragen waarom de relatie geen stand hield. Dat is best veelgevraagd. Maar dan ken je Johan Harstad niet. De man die met Buzz Aldrin, waar ben je gebleven? zijn status als cultauteur in Nederland vestigde.

Fans van dat boek zullen hun geluk niet op kunnen als ze Max, Mischa & het Tet-offensief in handen krijgen. Verteller van het verhaal is Max Hansen, die als dertienjarige jongen van het Noorse oliestadje Stavanger verhuist naar een voorstad van New York. Zijn vader is piloot en kan in Amerika een betere baan krijgen. Het hoofdstuk waarin Max probeert te aarden in zijn nieuwe omgeving is een van de mooiste van het boek. Met elke vezel in zijn dwarse puberlijf verzet hij zich tegen het onvermijdelijke. Totdat klasgenoot Mordecai, die zijn obsessie voor Apocalypse Now blijkt te delen, hem verlost uit zijn zelfverkozen isolement.

Die film speelt een cruciale rol in het boek, maar Harstad sleept net zo makkelijk Beckett, Jaws, Basquiat en de Goldbergvariaties erbij. Zoals hij ook kan uitweiden over polsstokhoogspringen en het Amerikaanse huurrechtsysteem.

everseller

Bij de Noorse editie van Max, Mischa & het Tet-offensief zaten posters van de theatervoorstellingen die Max regisseert en een catalogus met schilderijen van Mischa. Allemaal gemaakt door Johan Harstad.

Deze week is hij in het land. Arjen Lubach, die een bewonderaar van hem is, interviewt hem op het International Literature Festival in Utrecht.

Twee dagen eerder is Harstad te gast in de Amsterdamse Linnaeus Boekhandel, waar de tent zeker vol zal zitten volgens boekverkoper Edith Vroon. ‘Harstad heeft hier een enorme fanbase. Buzz Aldrin is bij ons echt een everseller, het verkocht als een dolle. Het is zo’n zeldzaam boek dat alle collega’s gelezen hebben en waarvan iedereen na afloop zei: wauw! In het begin ging een op de twee klanten hier de deur uit met een Buzz Aldrin, ik kan het bij wijze van spreken aan elke willekeurige klant slijten. Het is een boek dat ik nog steeds vanuit de kast verkoop.’

We vroegen Arjen Lubach om uit te leggen waarom hij Harstad zo goed vindt, maar hij bedankte. Bovendien had hij Max, Mischa & het Tet-offensief nog niet uit. We grijpen dus even terug op een stuk uit 2012 in NRC Handelsblad waarin hij vertelt dat hij Buzz Aldrin, waar ben je gebleven? las en dacht: ‘Hier is voor het eerst iemand die hetzelfde probeert als ik. (…) Door Harstad ontdekte ik een romantische schrijfstijl die niet meteen pretentieus was; ik ontdekte het verschil tussen romantiek die dienend is en romantiek die de hele boel probeert te dragen. Goed doseren is belangrijk, er zijn boeken waarin je twintig keer leest dat het vuur aan het hout likte. Wees origineel, wees creatief en doseer, dan kun je boven op de kale literatuur romantiek bouwen.’

In het begin ging een op de twee klanten hier de deur uit met een 'Buzz Aldrin', ik kan het bij wijze van spreken aan elke willekeurige klant slijten. Het is een boek dat ik nog steeds vanuit de kast verkoop.

boekenverkoper Edith Vroon

drank en meisjes

Doseren lijkt niet Harstads sterkste kant, gezien de monsterlijke omvang van zijn nieuwe boek. Sommige zinnen duren anderhalve pagina en hij grossiert in uitweidingen die soms niets meer zijn dan een eindeloze opsomming van elpeetitels. Maar net als je denkt: schiet eens op Johan, volgt er iets ongeëvenaard prachtigs. Neem de scène waarin de vader van Max voorstelt om met hem en zijn vriend Mordecai een dagje op stap te gaan. ‘Zwemspullen en de badmintonrackets meenemen, thuiskomen in de schemering, moe en vol indrukken.’ Max en Mordecai hebben heel andere plannen (iets met drank en meisjes) en slaan het aanbod beleefd af. ‘Ik had toen wel een beetje met hem te doen, hij had al een racket en shuttle tevoorschijn gehaald en toen wij zijn voorstel van tafel veegden, verstopte hij die half achter zijn rug, alsof hij gewoon wat oude spullen aan het opruimen was.’

Wie na het lezen van zo’n zin geen brok in z’n keel krijgt, moet zich laten nakijken. Je zou zeggen dat zo’n beeld voor zich spreekt, maar nu komt Harstad pas goed op stoom. In elf magistrale pagina’s fileert hij het karakter van deze vader, die net doet alsof hij het niet erg vindt dat het hem nooit lukt contact te maken met andere mensen.

Dat gevoel dat je het uiteindelijk toch alleen moet doen in het leven. Niet voor niets noemt boekverkoper Edith Vroon Harstad ‘de Murakami van het noorden’. Max klampt zich vast aan zijn dierbaren, die hij een voor een moet loslaten. Het verhaal dat hij hier vertelt, is zijn poging om hen ‘voor eens en altijd, voor de allerlaatste keer, in een omhelzing te vatten’.

‘Wie het heeft gelezen, is erdoor gemagnetiseerd,’ zegt uitgever Joost Nijsen over Max & Mischa. ‘Het is zo rijk, er gebeurt zo veel op elke pagina. Generationele contrasten, kunst versus de wrede werkelijkheid, het regent motiefjes die op zichzelf al de moeite waard zijn. Als schrijven iets is, dan is het toon.’

Er komen heel veel dingen bij elkaar die je ook al in vorige boeken zag. Dit lijkt wel het meest op 'Buzz Aldrin'. Daarin zat ook al dat thema van ontheemd zijn, je wortels zoeken, krampachtig vasthouden aan wat je had. Dat is hier een hele sterke drijfveer.

Vertaalster Paula Stevens

twijfel

Toch heeft Nijsen lang getwijfeld of hij Max & Mischa wel moest uitgeven. ‘Dankzij Buzz Aldrin heeft Johan een kring van fans vergaard, dus er zijn een paar duizend lezers waarvan je weet dat ze dit echt willen hebben. Dat is een begin. Maar bij een boek van zo’n omvang ga je toch zitten rekenen hoe je het kunt uitgeven zonder er op voorhand geld bij te leggen. Ik heb maanden nagedacht of ik het wel aandurfde want het gaat om grote bedragen. Dit is een boek van 300.000 woorden. Dat moet vertaald worden. En wat dacht je van de drukkosten? We hebben een vertaalsubsidie van het Noorse letterenfonds gekregen, dat hielp, maar daarmee ben je er nog lang niet. Eigenlijk zou zo’n boek minimaal 45 euro moeten kosten, maar dan wordt de drempel te hoog. Ik wilde het per se onder de drie tientjes houden. Uiteindelijk heeft de Noorse uitgever heel ruiterlijk ingestemd met minder royalty’s over de eerste oplage. Als we die weten te verkopen zijn we in elk geval uit de kosten.’

Nijsen kocht het boek uiteindelijk zonder dat hij het had gelezen. Het Noorse letterenfonds had een hoofdstuk in het Engels laten vertalen voor buitenlandse uitgevers, maar verder moest hij afgaan op de recensies in Noorse kranten. En op vertaalster Paula Stevens, die meer dan zeventig Noorse romans vertaalde, waaronder het eerdere werk van Harstad. Zij las het boek in het Noors en was enthousiast. ‘Maar ik heb er gelijk bij gezegd: vraag in vredesnaam nog een andere lezer, want ik wil dit niet in mijn eentje op mijn geweten hebben.’

vijven en zessen

Stevens vertaalde het boek met Edith Koenders. Samen deden ze er een jaar over. ‘Er komen heel veel dingen bij elkaar die je ook al in vorige boeken zag. Dit lijkt wel het meest op Buzz Aldrin. Daarin zat ook al dat thema van ontheemd zijn, je wortels zoeken, krampachtig vasthouden aan wat je had. Dat is hier een hele sterke drijfveer. Max wil het liefst dat alles blijft zoals het was. Buzz Aldrin gaat ook over zo’n jongen die de tijd wil vasthouden.’

Hoewel meer Noorse schrijvers geneigd zijn tot het schrijven van dikke boeken is dit zonder twijfel het dikste boek dat Stevens ooit heeft vertaald. ‘Noren schrijven niet alleen dikke boeken, maar ook heel veel. Meestal elke twee jaar. Soms denk je: had er nog een jaartje naar gekeken. Dit boek heeft acht jaar op zich laten wachten, daar werd echt naar uitgekeken. In Noorwegen is het heel goed besproken. Ze werken daar niet met sterren of ballen, maar met dobbelstenen: hij kreeg alleen vijven en zessen.’

Harstads stijl noemt ze ‘behoorlijk lastig. Hij schrijft enorm lange zinnen, soms anderhalve bladzij. Soms vraag je je af: klopt dit eigenlijk nog wel? Ontspoort hij niet ergens? Dan helpt het om het hardop te lezen. Daarnaast verzint hij veel nieuwe woorden. Dat kan in het Noors makkelijker dan in het Nederlands. Hier klinkt het al gauw gekunsteld, dat heb je in het Noors minder.’

Joost Nijsen realiseert zich wat hij van de lezer vraagt met dit boek. ‘Met deze krankzinnige omvang stellen we de 21ste-eeuwse westerse lezer die toch al geen tijd heeft om te lezen danig op de proef. Eigenlijk is het verschrikkelijk wat we de lezer aandoen, maar ze moeten hun best maar doen.’

Johan Harstad – Max, Mischa & het Tet-offensief
(oorspr. Max, Mischa & Tetoffensiven, vertaling Paula Stevens en Edith Koenders, uitgeverij Podium)