Vandaag volsta ik met een gedicht dat ik vond, zomaar, ergens. Ik las het en dacht: ik neem het op in de kroniek. Waarom? Geen idee. Het leven is op z'n aangenaamst als niet overal een reden voor is.

zomers en winters
 
zomers komen nooit terug hoezeer we ook
proberen al die duplicaten leven in te blazen
 
winters gespannen als autobanden die met hun
gripkettingen heuvels nemen
 
seizoenen als doedelzakken klaar om door ons
bezield te worden
 
seizoenen als grijsgrauw vuilnisbakkenplastic
als airbags tegen onze slagkracht
 
seizoenen als ballon soms weerbarstig ja zelfs
onwillig soms bij het opblazen
 
zomers als hindenburgs die ontvlammen van
achter naar voren
 
winters die met een gelaten zucht leeglopen in

een straat waar we net uit zijn verdwenen