In de herfst van 2001 gaf W.G. Sebald een cursus in het schrijven van fictie aan de universiteit van East Anglia. Drie dagen na de laatste les overleed hij. Twee van zijn studenten van destijds bekeken hun aantekeningen nog eens en publiceerden ze op internet.

David Lambert en Robert McGill waren twee van de studenten van Sebald toen hij daar doceerde. Een verlegen man die vroeg of de studenten hem Max wilden noemen. Meer een verhalenverteller dan een theoreticus. Een melancholicus met een wrang gevoel voor humor. Zo herinnerden de twee studenten hem.

 
Niemand maakte opnamen van de lessen van Sebald, niemand schreef erover, ook Sebald niet, maar in de aantekeningen van Lambert en McGill bleek nog voldoende terug te vinden van wat hij zoal onderwees. Een kleine bloemlezing:
 
De tegenwoordige tijd leent zich bij uitstek voor het komische, de verleden tijd voor het melancholische; schuw het expriment niet, maar maakt de lezer deelgenoot van het experiment; lees boeken die niets met literatuur te maken hebben; gebruik het woord “en” spaarzaam; voel geen weerzin tegen het beschrijven van de weersomstandigheden; wees precies in het bepalen van tijd en plaats.
 
De volledige aantekeningen zijn te vinden op de website van schrijver Richard Skinner. Luister hieronder naar de uitzending die De Avonden precies tien jaar na de dood van Sebald maakte.