In Krakau is de Poolse dichteres Wislawa Szymborska (1923-2012) overleden. Voordat ze de Nobelprijs voor de Literatuur kreeg was ze buiten Polen volledig onbekend. De prijs bracht haar de erkenning die ze verdiende, hoewel ze dat zelf niet zo zag. Wim Noordhoek geeft een persoonlijke impressie.

Wislawa Szymborska had een lef dat ik mis. Ze speelt open kaart. Is het spelen? Is er nog reserve? Neem het gedicht 'Onder dat ene sterretje'. Het begint zo:
'Ik vraag het toeval om vergeving dat ik het noodzaak noem.
Ik vraag de noodzaak om vergeving als ik me toch vergis.'

Zo schrijft de vrouw van de foto's, die ouder werd en mooier. Helder denken komt op den duur naar buiten als schoonheid. Verderop zegt ze:
'Beschuldig me er niet van, ziel, dat ik je zelden heb.
Ik vraag aan alles om vergeving dat ik niet overal kan zijn.
Ik vraag aan allen vergeving dat ik niet iedereen kan zijn.
Ik weet, dat zolang ik leef, niets mij kan rechtvaardigen, omdat ik mezelf in de weg sta.'

Het lijkt een gebed. Een gebed tot alles en iedereen. Ze temt grote woorden tot ze opzitten en eten uit haar hand.

Documentairemaker John Albert Jansen maakte voor Het uur van de wolf een filmportret van de Poolse dichteres Wislawa Szymborska (1923).

Het is een associatieve reis gebaseerd op een aantal kerngedichten en informele ontmoetingen met de Poolse dichteres Wislawa Szymborska.

De documentaire is tevens een reis door Polen; in haar gedichten geeft ze op zeer persoonlijke wijze commentaar op de Poolse geschiedenis. Toen ze in 1996 de Nobelprijs voor de literatuur kreeg, werd ze overdonderd door de aandacht en publiciteit die dit met zich meebracht. Szymborska leeft sindsdien in afzondering en deze documentaire biedt een unieke inkijk in haar leven en werk.