In haar woonplaats Amsterdam is gisteravond de schrijfster Doeschka Meijsing overleden. Ze stierf aan de complicaties van een zware operatie. Meijsing werd 64 jaar.

Meijsing werd op 21 oktober 1947 in Eindhoven geboren en groeide vanaf haar derde jaar in Haarlem op. Ze woonde er achttien jaar en ging er naar het gymnasium. Later studeerde ze Nederlands en Literatuurwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam en gaf ze les aan het hoofdstedelijke St. Ignatiusgymnasium. Verder was ze van 1976 tot 1978 als wetenschappelijk medewerker verbonden aan het instituut voor Neerlandistiek van de UvA en was ze literatuurredacteur bij Elsevier en Vrij Nederland. Vanaf 1997 schreef Meijsing full time.

Ze schreef vele verhalen, gedichten, essays en romans. Vanaf 1969 publiceerde Doeschka Meijsing in Podium, later ook in de Revisor waardoor zij tot de stroming van de Revisor-auteurs wordt gerekend. Ze debuteerde in 1974 met De hanen en andere verhalen. Vele romans en verhalenbundels volgden. Ook schreef ze essays, bijvoorbeeld over Rudy Kousbroek, en poëzie (Paard Heer Mantel, 1986). In 2008 publiceerde ze de roman Over de liefde die bekroond werd met de F. Bordewijkprijs, de Opzij Literatuurprijs en de AKO Literatuurprijs. Dit aangrijpende relaas over de schaamte die liefde is, werd haar laatste boek.

Belangrijke thema's in Meijsings werk zijn verbeelding, als wapen tegen chaos en dood, en de relatie tussen verbeelding en werkelijkheid. Andere terugkerende thema’s zijn de fascinatie voor een bewonderde persoon - met jaloezie als gevolg - en de tijd. Haar hoofdpersonages zijn veelal kwetsbare buitenstaanders die vluchten in fantasie.