Schrijfster en vertaalster Rita Verschuur schreef een boek over de verhouding met haar moeder, die haar al vroeg in de steek liet. "In plaats van naar een psychiater te gaan, ben ik van alles gaan opschrijven."

‘Ik vraag me af hoe ik er nu aan toe zou zijn als mijn moeder voor mijn achtste was gestorven in plaats van weggelopen,’ schrijft Rita Verschuur in het voorwoord van haar nieuwste boek. En even verderop: ‘Wat doe je als kind dan met de minder rooskleurige herinneringen aan haar? Smelten die weg of trekken ze zich terug om af en toe onverwacht de kop op te steken? En, als ze de kop opsteken, laat je ze dan toe?’ In werkelijkheid overlijdt haar moeder op bijna 93-jarige leeftijd en pas dan voelt de schrijfster zich vrij om haar ‘minder rooskleurige herinneringen’ niet te laten wegsmelten, maar op te schrijven. Of beter gezegd, ze doet dit uit lijfsbehoud. Want zelfs na haar dood weet de moeder haar opnieuw hard te raken, als blijkt dat ze de erfenis van haar dochter bij de notaris heeft laten terugbrengen tot het wettelijk minimum, ten voordele van haar uit een later huwelijk geboren zoon. Verschuur: ‘Het ging me helemaal niet om het geld, maar het voelde alsof ze me voor de tweede keer had verraden, en wel op zo’n manier dat ik door vragen overstelpt werd. Wat was mijn moeder eigenlijk voor een vrouw geweest? Had ze ooit iets voor mij gevoeld?
In plaats van naar een psychiater te gaan voor hulp, ben ik van alles gaan opschrijven, schrijven is immers mijn beroep. Een poging om te begrijpen hoe het werkelijk zat tussen mij en mijn moeder; hoe dit heeft kunnen gebeuren.’ In eerste instantie bedoeld voor haarzelf, werd het uiteindelijk een boek, getiteld "Het geheim van mijn moeder".

Stiefmoeder
Een paar feiten: midden in het oorlogsjaar 1943, vlak voor Rita’s achtste verjaardag, verlaat haar moeder man en kind voor ‘een meneer van de tennisclub’. De affaire loopt al snel op niets uit, maar een weg terug is er niet, want haar plaats is inmiddels ingenomen door ‘tante Ank’, met wie vader Verschuur binnen het jaar hertrouwt. Rita’s moeder blijft een onafhankelijk leven leiden waarin mannen een prominente rol spelen. Ze treedt nog twee keer in het huwelijk; eerst met ‘oom Han’, een gescheiden man met vier kinderen, waarvan er twee bij hem en zijn nieuwe
vrouw blijven wonen. ‘Die kregen mijn moeder nu als stiefmoeder,’ schrijft de dochter in haar boek, en ‘wat een stiefmoeder voor iemand was, kon zij wel weten.’
Rita’s moeder woonde als kind in Indië met haar ouders, broer en kleine zusje, tot ze negen was en het hele gezin naar Holland verhuisde. Kort daarop keerde haar moeder terug naar Indië, en alleen het jongste kind mocht mee. Een repeterend beeld, schetst de schrijfster: ook haar moeder werd dus als kind verlaten door haar eigen moeder en opgevoed door een strenge stiefmoeder.

Familiefoto
Helaas overlijdt oom Han al na enkele jaren huwelijk. En verhuist zijn weduwe, samen met hun driejarig zoontje, maar zonder de stiefkinderen, naar een kleiner huis in Den Haag. Tot zij voor de derde keer trouwt met de achttien jaar oudere ‘oom Tom’ en in het Gooi gaat wonen. Al die jaren is er wel contact tussen Rita en haar ‘echte’ moeder, maar op een afstandelijke manier; van warmte is geen sprake.
In haar boek doet ze verslag van de talloze pogingen om – alsnog – wat aandacht en liefde van haar moeder te krijgen. Keer op keer worden die pogingen afgestraft.
Verschuur: ‘Het leek of ze mij en de periode met mijn vader uit haar leven had weggecensureerd. Ze heeft vast wel schuldgevoelens gehad, maar er nooit wat over gezegd.’
Kort voor haar dood laat ze haar moeder een oude familiefoto zien. De kleine Rita staat in het midden tussen opa en oma Verschuur, haar moeder poseert zittend op de leuning van de bank waar haar vader half achter staat.

Trillend handje
De inmiddels 92-jarige, bedlegerige en verzwakte vrouw herkent de diverse familieleden op de foto, maar weigert haar ex-man te zien, hoe zeer de dochter dat door vragen probeert te bewerkstelligen.
Verschuur: ‘Het vreemde was dat ze nog tijden zwijgend die foto in dat trillende handje vasthield, en maar bleef kijken, ik moest hem tussen haar vingers wegtrekken. Vier dagen later was ze dood. Waarom kon je die foto niet loslaten, dacht ik. Omdat dat toch de grote tragiek in haar leven is geweest, denk ik nu, dat ze mijn vader heeft afgestoten, samen met mij.’
Door haar herinneringen op te schrijven, en zich te verdiepen in omstandigheden en achtergrond van haar moeder is haar duidelijk geworden hoe opeenvolgende generaties ouders, kinderen, kleinkinderen, elkaar de last doorgeven die ieder van de voorgangers heeft ontvangen. Verschuur: ‘Want behalve mijn grootmoeder verliet ook mijn Indische overgrootmoeder man en kinderen. Mijn moeder kreeg zodoende een enorme last van haar moeder mee. Nu weet ik: met die achtergrond die ze had, te vroeg getrouwd, kreeg ze dat kind, terwijl ze nog geen idee had wat ze met haar leven aan moest. Door het zo te zien heb ik kunnen vergeven.’ Al eerder schreef Rita Verschuur voor kinderen over haar jeugdherinneringen, wat veelgeprezen titels opleverde als Hoe moet dat nu met die papillotten?, Vreemd land (bekroond met de Nienke van Hichtum-prijs) en Jubeltenen (bekroond met de Gouden Uil).
Verschuur: ‘In die boeken gaat het vooral over mijn stiefmoeder, met wie ik een hele intense relatie had. Zij heeft enorm haar best gedaan om een moeder voor mij te zijn, maar met zó’n bezitsdrang, ze wilde me in haar macht houden. Het werd extreem moeilijk me van haar los te maken. Ik ben nu bezig al die herinneringen op te schrijven, dat wordt mijn volgende boek.’

Astrid Lindgren
Naast haar ‘echte’ moeder en haar stiefmoeder is er nog een vrouw die een moederrol heeft gespeeld in haar leven: Astrid Lindgren. Bijna al het werk van de Zweedse schrijfster heeft ze in het Nederlands vertaald en er ontstond een hechte vriendschap, waarover ze ook een boek schreef: "Astrid Lindgren, een herinnering". Verschuur: ‘Een dierbaar contact. In haar brieven noemde ze me vroeger weleens “hartelapje”, “Goudpia” en “dochtertje van me”. Astrid speelde wat je misschien de “verlossende” moederrol zou kunnen noemen. Ze stimuleerde me, ik heb veel van haar geleerd en kon daardoor zelf gaan schrijven.’
Zo heeft ze eigenlijk drie moeders gehad, beaamt Verschuur lachend. En met enige ironie: ‘Mamma zag mij helemaal niet zitten, mijn stiefmoeder zag mij zitten mits ik onder haar vleugels bleef. Maar Astrid zag mij zitten zoals ik ben.’