VPRO Gids 30

27 juli t/m 9 augustus
Pagina 98 - ‘Zomeravondmuziek’

Zomeravondmuziek

Martin Kaaij ,

Met zijn orkestwerk Nocturnes probeerde Claude Debussy het avondlicht in muziek te vangen.

Na zeven jaar zwoegen voltooide Claude Debussy in 1899 het orkestwerk Nocturnes. In kunstkringen was 'nocturne' een beladen titel, want James Whistler gebruikte hem voor zijn controversiële schilderijen waarop slechts vage contouren van een voorstelling te zien zijn. Whistler kwam vaak in Parijs buurten en het is dan ook niet moeilijk om een tekst te vinden waarin staat dat Debussy zich voor Nocturnes door Whistlers schilderijen liet inspireren. Google de drie kernwoorden en u kunt de hele avond lezen. Of het klopt is een tweede.

Bijkomstig bewijs is er genoeg. Debussy drukte zich graag uit in beeldende termen en bewonderde dezelfde schilders als Whistler; ze hadden gemeenschappelijke kennissen, hielden van tinten en waren allebei niet bang voor een opstootje. Opvallend is dat Whistlerkenners zekerder van hun zaak zijn dan Debussykenners. Misschien komt dat doordat 'nocturne' in beeldende kunst niet vaak wordt gebruikt en de muziek wel. Mozart, Haydn en Chopin componeerden tenslotte ook al nocturnes.

Naar eigen zeggen wilde Debussy in Nocturnes de kleuren en schaduwen van het avondlicht in muziek vangen. Met beeldende titels voor de drie delen (’Nuages’, ‘Fêtes’, ‘Sirènes’) zette hij de muziekliefhebber op het gewenste luisterspoor. Zo maken het vlotte tempo en de hupse ritmes van het tweede deel duidelijk dat het feest is. En in het derde deel zijn de sirenen ook gemakkelijk te herkennen, want Debussy voegde een vrouwenkoor toe aan het orkest. De dames zingen tekstloos mee, alsof ze een extra instrumentengroep zijn. Het merkwaardige is dat je in het begin steeds het koor als hoofdstem wilt horen, ook waar het een ondergeschikte rol heeft. Maar na een tijdje went het en zijn de vrouwen net strijkers, blazers of harpen.

Minder duidelijk is welke wolken door het eerste deel waaien. Op kousenvoeten schrijdt een reeks akkoorden voort die door wisselende instrumentgroepen gespeeld worden. Je zou zeggen dat het bijna windstil is en er een beetje regen in de lucht zit. Ritme komt er in dit deel nauwelijks aan te pas, maar soms speelt een enkel instrument twee of drie snellere tonen. Zou dat een straaltje licht zijn dat door de wolken breekt? Alleen het door Debussy gebruikte voorbeeldschilderij van Whistler zou uitkomst kunnen bieden, als dat tenminste bestaat. Op npo Klassiek is vanavond een bewerking voor twee piano's te horen, een soort zwart-witafdruk van een kleurenprent. Ze werd gemaakt door Maurice Ravel en Debussy’s stiefzoon Raoul Bardac.