Feest met kleur

Leal van Herwaarden (38): ‘Ik zat nog op de basisschool en werd door mijn vader meegenomen naar de stad. Terwijl ik zijn hand vasthield, zag ik hoe mensen die net als ik van kleur waren, feestvierden en hoe zij in de spotlight werden gezet. Ik rook en proefde eten zoals ik dat kende van thuis, hoorde muziek zoals ik die kende van thuis. Nog dagenlang was ik hyper van alle indrukken. Ik had toen voor het eerst het gevoel dat de stad ook van mensen zoals ik was, mensen die zich in Nederland te gast voelen, maar in het land waar hun ouders vandaan komen als Nederlands worden gezien.’

‘Ik stond de vorige editie van het evenement op een van de podia in de stad met de International Dance League, waar ik directeur en oprichter van ben. Er waren vier verschillende podia, maar op een gegeven moment voelde het alsof wij de main stage waren, zo druk was het. Naderhand evalueerde ik het optreden met de oud-artistiek leider en vroeg ze of ik haar taak wilde overnemen. Als artistiek leider bepaal je het programma en de invulling van het feest, dus daarvoor gevraagd worden is een grote eer. Ik vond het prachtig, maar ik heb wel aangegeven de taak samen met iemand anders te willen vervullen. Mijn hart ligt bij dans en die van de mede-artistiek leider Richard Nazier ligt bij muziek. Onze expertises zorgen voor een volledig Zomercarnaval en dat wilde ik graag.’

‘De gemeente Rotterdam heeft dit jaar nieuwe veiligheidsregels ingevoerd. Zo zijn er niet langer grote podia buiten en daarom moesten we een andere manier vinden om het feest gaande te houden. Het lastige is alleen dat er niet één doelgroep is, want het Zomercarnaval is voor iedereen. Uiteindelijk zijn we samenwerkingen aangegaan met culturele instellingen, zo is er een expositie in de Kunsthal en een Battle of Drums in Ahoy. Ik baal dat veel binnen moet, maar gelukkig zijn de parade, markt (Mercado) en groepsdans (Rueda de casino) nog wel buiten.’

‘Ik hoop dat we vanaf 2025 weer een volledige editie buiten kunnen organiseren. Als artistiek leiders zijn we voortdurend op zoek naar nieuwe mogelijkheden, bijvoorbeeld hoe we de straatparade kunnen vernieuwen. Voor de komende jaren zijn we al bezig met het opzetten van workshops voor de honderden paradedeelnemers. De status van immaterieel erfgoed die we vorig jaar van Unesco hebben gekregen, toont aan dat het Zomercarnaval onmisbaar is. Maar er is nog zoveel meer potentie: potentie voor meer groepen om samen te komen, voor meer creativiteit, trots en erkenning. Dit is niet alleen iets van Rotterdam, maar van heel Nederland.’