‘Op een dag hoorden de voorouders van Yoseva, Kenny en Maticha [de hoofdrolspelers die in Pikin Slee wonen, red.] diep in het regenwoud van Suriname water stromen. Maar behalve bomen en een reusachtige rots was er in de omgeving geen beekje te bekennen. Het kon niet anders of het water stroomde onder de rots door, en met man en macht probeerden ze het gesteente te verplaatsen. Tevergeefs. Toen begon de specht tegen de rots te tikken. Dagenlang ging hij door tot de rots met donderend geraas in ontelbare steentjes uiteenspatte en de rivier tevoorschijn kwam.’
Tori’s (verhalen) als deze over de totomboti (Saramaccaans voor specht) maken nog altijd deel uit van de begrafenisrituelen in de dorpen aan de Boven-Surinamerivier. Die zijn afkomstig uit West-Afrika, waar de voorouders van de dorpsbewoners vandaan kwamen, vóór ze tot slaaf werden gemaakt en over de oceaan werden getransporteerd. Op de tweede dag na het overlijden komen familie, vrienden en dorpsgenoten, van jong tot oud, bij elkaar, niet alleen om te rouwen maar ook om te zingen, te dansen en tori’s te vertellen. De verhalen kennen dezelfde basis, maar nemen elke keer een andere wending omdat de aanwezigen elkaar aanvullen. Zo kunnen ze hun gevoelens kwijt en soms een boodschap aan elkaar doorgeven.
Edje Doekoe is een van de basya’s, dorpsoudsten van Pikin Slee. Officieel is hij assistent van de kapitein (de burgemeester) maar in het dagelijkse leven geldt hij als een van de wijze mannen tegen wie iedereen opkijkt en die kinderen goede raad verschaft. Soms doet hij dat in de vorm van een tori, een parabel met een duidelijke boodschap. Die zijn vaak ontleend aan de Anansi-tori’s, met in de hoofdrol de mythische spin die alle dieren in het bos, behalve de schildpad, te slim af is.
Tegelijkertijd is Doekoe een van de drijvende krachten van kunstcollectief Totomboti in Pikin Slee. Vanuit een open atelier aan de rand van het dorp maken ze massieve meubels maar ook verfijnde houtsnijwerken. De producten van Totomboti hebben geleidelijk hun weg naar Paramaribo gevonden. Inmiddels zijn Doekoe en zijn partners ook een paar keer in Nederland geweest om hun kunstwerken te exposeren. Niet dat hij daar een gewoonte van wil maken: als het aan Doekoe ligt, blijft hij in zijn dorp. Daar hoort hij dagelijks het ruisen van de rivier en soms het tikken van de specht.